De geschiedenis van het U-vormige Waterhof, vroeger het Hof te Bossuyt geheten, is uit de doeken gedaan door Raoul De Wolf in deel IV van de Bijdragen tot de Geschiedenis van Lennik (Andreas Masiuskring, 1992). Ooit was het omringd met grachten en vijvers, waaraan het zijn naam te danken heeft.

In de 15de eeuw kwam het hof in bezit van de gegoede familie Pipenpoy, waarover Herman Vandormael schrijft in deel I van de Bijdragen tot de Geschiedenis van Lennik. De grafzerken van Willem en Jan Pipenpoy zijn nog steeds te bezichtigen in de parochiekerk van Sinjte-Mettes. De traditionele koekenbedeling aan de schooljongeren van Lennik gaat ook terug op een legaat van deze familie. Oorspronkelijk was dit een gift voor de armen, maar door de jaren heen werden de kinderen de begunstigden.

Het hof bleef in bezit van de Pipenpoy’s tot op het eind van de 18de eeuw. Daarna werd het een speelbal in talrijke verkopen en verdelingen, tot zelfs een lottrekking toe. Op het eind van de 19de eeuw kwam het in bezit van de familie Heymans.

In 1884 pachtten Petrus Van Laer en Anna-Catharina Vaeremans, afkomstig uit Strijtem, het hof. Ze woonden en boerden er, samen met hun 2 zonen en 6 dochters.

In 1947 werd het door hun jongste zoon, Petrus-Julien (rechts op de foto) aangekocht. Aline, de grootmoeder van Thierry, is de pronte juffrouw links op de foto, naast de oudere broer Desiré.